Extra maatregelen nodig tegen zakkenrollerij

Zakkenrollerij is en blijft een groot probleem in de politieregio Amsterdam-Amstelland. Naast de materiele schade die het slachtoffer ondervindt, tast het delict de veiligheidsbeleving op straat en/of in het openbaar vervoer aan. Uit cijfers van de politie blijkt dat de omvang van dit probleem sinds 2009 blijft stijgen en vrijwel alle diefstallen in Amsterdam gepleegd worden.

Zakkenrollerij is en blijft een groot probleem in de politieregio Amsterdam-Amstelland. Naast de materiele schade die het slachtoffer ondervindt, tast het delict de veiligheidsbeleving op straat en/of in het openbaar vervoer aan. Uit cijfers van de politie blijkt dat de omvang van dit probleem sinds 2009 blijft stijgen en vrijwel alle diefstallen in Amsterdam gepleegd worden.

Het aantal door de politie geregistreerde misdrijven zakkenrollerij is in de politieregio Amsterdam-Amstelland in 2012 met 34% toegenomen ten opzichte van 2011. In Amsterdam is er zelfs sprake van een stijging van 36% ten opzichte van 2011. Van de 9.005 delicten in de politieregio Amsterdam-Amstelland vinden er maar liefst 8.681 plaats in Amsterdam (96,4%). Dit komt neer op gemiddeld 166 slachtoffers per week in Amsterdam!

Regio Amsterdam-Amstelland

Jaar

2009

2010

2011

2012

Aantal misdrijven zakkenrollerij

6.357

6.494

6.709

9.005

Amsterdam

Jaar

2009

2010

2011

2012

Aantal misdrijven zakkenrollerij

6.048

6.226

6.395

8.681

In een toelichting op het thema zakkenrollerij uit de Regionale Veiligheidsanalyse Amsterdam-Amstelland 2012 blijkt dat bijna 80% van de slachtoffers uit Nederland komt en 2/3 van hen in de regio woont. Dit roept bij de VVD direct de vraag op in hoeverre (buitenlandse) toeristen aangifte doen van zakkenrollerij, aangezien zij slechts bescheiden vertegenwoordigd zijn in de cijfers en juist een logisch doelwit lijken van de zakkenrollers. Het probleem zou dus wellicht nog veel groter kunnen zijn.

Dat juist (buitenlandse) toeristen een geliefd doelwit van zakkenrollers zijn, blijkt onder andere uit de argumentatie die de politie en het GVB gebruiken om juist in de tramlijnen 2 en 5 stickers te plakken, die reizigers voor zakkenrollers moeten waarschuwen. De keus is op deze lijnen gevallen, omdat deze vooral door toeristen gebruikt worden. Er wordt daarom ook gebruik gemaakt van een tweetalige sticker, die als kernboodschap heeft; even afgeleid, alles kwijt.

Uit de bestuurlijke reactie op het initiatiefvoorstel ‘Actieplan aangiftebereidheid’ van de VVD en D66 is gebleken dat de lokale driehoek van mening is dat er momenteel voldoende gedaan wordt om (buitenlandse) toeristen de mogelijkheid te geven om aangifte te doen. Zo is het over het algemeen mogelijk om aangifte in het Engels te doen en kan er in speciale slachtoffer gevallen gratis gebruik gemaakt worden van een tolkvoorziening. Het is echter bij wet verplicht dat de aangifte in het Nederlands wordt opgemaakt. Uit de reactie blijkt verder dat de extra capaciteit en financiële middelen die gepaard gaan met het meegeven van een Engelse vertaling niet in verhouding staan tot het opbrengsten hiervan.

In Amsterdam is er in strijd tegen zakkenrollerij een speciaal ‘zakkenrollersteam’ actief, dat officieel het doelgroepenteam heet. Dit doelgroepenteam wordt niet alleen ingezet voor de bestrijding van zakkenrollerij maar ook voor veelplegende winkeldieven en (nep)drugsoverlast. Het doelgroepenteam is anders dan de naam doet vermoeden, geen team met een vastgestelde formatie zoals een wijkteam, maar een flexibel team. Het is een tijdelijk verband van personeelsleden uit de diverse onderdelen en met een wisselende samenstelling. De omvang van dit team is afhankelijk van de beschikbare vrije capaciteit binnen het district.

Door een sterke focus op de prioriteiten uit het Regionaal Veiligheidsplan (RVP) 2012-2014 is de beschikbare capaciteit van het doelgroepenteam in Amsterdam afgenomen. De beschikbare vrije capaciteit, die door een herverdeling van de totale capaciteit binnen het Amsterdamse district sowieso al is ingeperkt, wordt immers vooral ingezet op de prioriteiten uit het RVP. Eén van die prioriteiten is straatroof en aangezien de boogde resultaten rondom dit delict vooralsnog zijn uitgebleven (stijging van 4% in 2012 t.o.v. 2011) is er veel ‘vrije capaciteit’ ingezet om dit alsnog succesvol aan te pakken. Geprioriteerde thema’s/delicten hebben voorrang op niet-geprioriteerde thema’s/delicten.

Hoewel de VVD zeer content is met de geprioriteerde aanpak van overvallen, straatroven, geweldsmisdrijven en woninginbraken, maakt zij zich, gezien de zeer grote toename van het aantal aangiften zakkenrollerij, wel zorgen over de aanpak van dit probleem. Uiteraard zijn straatroven en  overvallen een ernstiger vergrijp dan zakkenrollerij, maar deze stijging en deze aantallen moeten wat de VVD betreft een halt toe worden geroepen en omgebogen worden naar forse dalingen.

Robert Flos stelde de volgende vragen: 

  1. Hoe verklaart het College de enorme stijging van het aantal misdrijven zakkenrollerij in de politieregio Amsterdam-Amstelland en voornamelijk in Amsterdam zelf?
  2. Deelt het college de zorg van de VVD dat een groot deel van de (buitenlandse) toeristen die in Amsterdam slachtoffer wordt van zakkenrollerij geen aangifte doet? In hoeverre verwacht het college dat (buitenlandse) toeristen die in Amsterdam slachtoffer worden van zakkenrollerij aangifte doen?
  3. Afgelopen jaar zijn er 8.681 personen (gemiddeld 166 per week) slachtoffer geworden van zakkenrollerij in Amsterdam? Kan het college aangeven naar welk aantal delicten zij streeft in 2013, dan wel acceptabel vindt?
  4. Van hoeveel van de 8.681 aangiften van zakkenrollerij in 2012 waren er opsporingsaanwijzingen en is er een onderzoek gestart? Deelt het college de mening van de VVD -in de lijn van ‘aangifte moet lonen’- dat als blijkt dat de politie na de aangiften van zakkenrollerij relatief weinig kan betekenen voor de slachtoffers, zij op zijn minst de politie-inzet op dit delict/thema moet verhogen om de aangiften toch te laten lonen?
  5. Kan het college, ondanks de flexibele en wisselende samenstelling van het team, aangeven hoeveel fte’s er de afgelopen jaren (ongeveer) zijn ingezet in het doelgroepenteam van de politie Amsterdam-Amstelland en met hoeveel fte’s dit team het afgelopen jaar (ongeveer) is gedaald?
  6. Heeft de komst van de Nationale Politie gevolgen voor de inzet en/of omvang van het doelgroepenteam in Amsterdam? Zo ja, welke?
  7. Welke andere maatregelen neemt het college enerzijds om zakkenrollerij tegen te gaan en anderzijds om aangifte van zakkenrollerij onder (buitenlandse) toeristen te stimuleren?
  8. Is de Burgemeester bereid de aanpak van zakkenrollerij een hogere prioriteit in het RVP te geven? Zo nee, waarom niet?
  9. Is het College met de VVD van mening dat er extra maatregelen nodig zijn om het aantal zakkenrollerij delicten terug te dringen? Zo ja, welke maatregelen gaat de Burgemeester en/of de politie dan nemen? Zo nee, waarom niet?