Marianne Poot: Geen websitevertaling maar taalonderwijs

Stel: u vraagt een bijstandsuitkering aan. De gemeentelijke website waarop dat kan is echter in het Nederlands. Laat dat nou net een taal zijn die u niet zo goed beheerst. Moet de gemeente dan, om u van dienst te zijn, de website in uw taal vertalen? Of u zo veel mogelijk ondersteunen om beter Nederlands te leren? De VVD kiest voor dat laatste. Lees hier het opiniestuk van Marianne Poot.

De VVD kiest voor dat laatste. Een meerderheid in de gemeenteraad voor het eerste. Daarom ligt er nu een plan om de websites voor het aanvragen van een bijstandsuitkering of minimaregelingen in andere talen te vertalen. Bijvoorbeeld in het Engels, Arabisch, Turks of Frans. Dat is wat ons betreft de omgekeerde wereld.

Het beheersen van de Nederlandse taal is essentieel om mee te kunnen doen in onze samenleving. Dit geldt zowel voor het vinden en houden van een betaalde baan als voor het meedoen op andere gebieden. Op sportclubs, bij vrijwilligerswerk of in dagelijkse activiteiten, zoals boodschappen doen of naar de dokter gaan, is de Nederlandse taal onontbeerlijk.

Het beleid van de gemeente zou er op gericht moeten zijn om alles op alles te zetten om mensen zo snel mogelijk en zo goed mogelijk Nederlands te leren. Dat doe je niet door websites te vertalen in andere talen dan Nederlands. Zeker niet als het gaat om websites waarbij aanspraak gemaakt wordt op regelingen en geld van diezelfde gemeente. De ondersteuning die de gemeente zou moeten bieden is het helpen van mensen bij het zo snel mogelijk leren van de Nederlandse taal.

Kortom, geen vertalingen maar taalonderwijs. Hiermee snijdt het mes aan twee kanten: Mensen leren sneller en beter Nederlands en doordat mensen de Nederlandse taal beter beheersen zijn ze beter en sneller in staat een zelfstandig bestaan, los van gemeentelijke regelingen op te bouwen.

Zijn er dan helemaal geen situaties waarin de gemeente een andere taal moet spreken? Het zijn er wat de VVD betreft twee. De eerste is de website van de gemeente om ondersteuning aan te vragen bij het leren van de Nederlandse taal. Die mag en moet wat ons betreft in relevante buitenlandse talen beschikbaar zijn. De tweede is de site van het Expatcenter. Deze werkt in het Engels, aangezien het hier gaat om kenniswerkers die op tijdelijke basis een bijdrage komen leveren aan Amsterdam. De reden waarom hier wordt gekozen voor een buitenlandse taal is daarmee onvergelijkbaar met het faciliteren van een uitkeringsaanvraag of een aanvraag voor een minimaregeling in een andere taal.

De VVD is zich ervan bewust dat het geld dat beschikbaar is voor het vertalen van websites lang niet voldoende is om iedereen met een taalachterstand op korte termijn te helpen. Dat is echter geen excuus om het niet beheersen van de Nederlandse taal als gemeente te faciliteren. Naar schatting van de gemeente voldoet in Amsterdam circa 30% tot 35% van de bijstandsgerechtigden niet aan de wettelijke taaleisnormen. Daarom is het essentieel om iedere euro te besteden aan taalonderwijs en niet aan oplossingen die ervoor zorgen dat mensen langer in een uitkeringssituatie of minimasituatie blijven.  De gemeente moet er alles aan doen om het leren van de Nederlandse taal te ondersteunen. Dan worden vertalingen vanzelf overbodig.

Marianne Poot
VVD Gemeenteraadslid Amsterdam